Historische rede Nieuwstad

Vanaf de middeleeuwen werd de stad aan de rivierzijde begrensd door muren en torens, als waterkering en verdediging. De middeleeuwse stad reikte in het noorden tot aan de Vestvliet, de huidige Brouwersvliet. Het Schijnbroek, het gebied dat buiten de muren lag, was lager gelegen, drassig en dun bevolkt.

Met de bouw van de Spaanse omwalling lijfde de stad in het noorden 25 ha nieuwe gronden in, die samen de ‘Nieuwstad’ vormden. Vanaf 1542 gingen de werken van start, maar ze verliepen moeizaam. De gravers en metsers kloegen over de toestand van het terrein en het zware gevecht tegen water, modder en slijk. Bij het graven van de kaaimuur langs de Schelde kwamen ze allerlei ‘kwaad goed’ tegen zoals keien, stenen en afval. Doordat de kaaimuur vanuit het water moest worden gebouwd, kwam bij elke vloed het werk onder water te liggen. Maar de nieuwe kaaimuren verrezen uiteindelijk aan Scheldekant. Centraal in de Nieuwstad stond het Hansahuis, het handelspaleis van de Duitse Hanze. Er werden ook drie nieuwe vlieten aangelegd (Timmervliet, Graanvliet en Brouwersvliet) om haven en handel te versterken.

Maar de val van Antwerpen in 1585 en de neergang van de overzeese handel, belemmerde de groei en ontwikkeling van de Nieuwstad.

In het begin van de negentiende eeuw sloopte Napoleon de Scheldemuren toen hij de kaaien vernieuwde. Amper een eeuw later volgde de finale rechttrekking van de Scheldekaaien en kreeg de Antwerpse rede het huidige uitzicht. Onder de kaaien zijn de resten van de oude redemuren, vlieten, sluizen en huisjes nog steeds bewaard als bodemarchief.

Afbeelding: 
Zestiende-eeuwse kaart Nieuwstad met vlieten
Detail zestiende-eeuwse kaart Nieuwstad met vlieten
Nieuwstad: kaaien op kaart Virgilius Bononiensis
Redezicht van de Nieuwstad rond 1600
Redezicht van de Nieuwstad rond 1800
Kaart negentiende eeuw met kaaimuren Napoleon

Categorie: